Een ‘meester-goudsmid van het klavier’. Zo noemt de Franse krant Le Monde de Argentijnse pianist Nelson Goerner. Hij werd geboren in Buenos Aires in 1969. Op z’n zeventiende won hij er het Franz Liszt Concours. Vier jaar later won hij ook het concours van Genève. Het was de start van een internationale carrière als solist en kamermuzikant en van een reeks bejubelde opnames met werken van o.a. Chopin en Brahms.

Met Iberia laat Goerner ons op deze uitgave kennis maken met een wel heel bijzonder werk van de Spaanse pianist en componist Isaac Albéniz (1860-1909). Iberia is namelijk zowat de zwanezang van Albéniz, die het werk – vier bundels met telkens drie impressies – componeerde tussen 1905 en 1908. Kenners beschouwen het werk als een synthese van de pianotechniek van Franz Liszt, de Spaanse volksmuziek en de opkomst van het impressionisme. Het is tegelijk ook een roadtrip door Spanje, dat merk je aan de titels van de verschillende delen (Almeria, Malaga, Sevilla, om er maar enkele te noemen). Albéniz compeneerde ruim 200 werken vooraleer hij aan Iberia begon en stierf nauwelijks enkele maanden na de eerste uitvoering van het vierde deel van dit Magnus Opus.

Nelosn Goerner nam deze muziek op in Studio 4 van Flagey, in juli vorig jaar. Het resultaat is beklijvend: de pianist neemt ons met een schitterend palet aan kleuren en emoties mee op een reis van bijna anderhalf uur. Geen eentonige autosnelweg, maar een reis die slingert langs mooie dorpjes, prachtige vergezichten, klaterende beekjes en indrukwekkende monumenten. Een reis die – met andere woorden – geen moment verveelt. Bedrieglijke eenvoud wordt afgewisseld met virtuoze expressie, en je verlangen naar een mooie reis, weg van massatoerisme en volgebouwde kustlijnen, neemt elk moment toe. Zalig wegdromen heet dat. En dan naar je reisagent bellen.

Bart Debbaut, augustus 2022