Luzzasco Luzzaschi: Gefundenes Fressen voor La Néréide
Il Concerto Segreto │ La Néréide │ Ricercar, Outhere Music
Luzzasco Luzzaschi (± 1545 – 1607) was een Italiaanse componist die in de late 16de eeuw actief was. Hij stond bekend om zijn bijdragen aan de muzikale scène in Ferrara, een stad die in die tijd een centrum van kunst en cultuur was. Ferrara is vandaag de hoofdstad van de gelijknamige provincie in Emilia-Romagna, gelegen ten noordoosten van Bologna. Luzzaschi was een leerling van de Vlaamse polyfonist Cypriano de Rore, ga zelf les aan Girolamo Frescobaldi en was in Ferrara werkzaam als hofkapelmeester en organist aan de kathedraal.
Luzzaschi componeerde zijn ‘Madrigali per cantare e sonare a uno e due e tre soprani’, madrigalen geschreven om te worden gezongen en gespeeld door één, twee of drie sopraanzangers (soprani) en begeleid door instrumenten. De toevoeging van de term ‘per cantare e sonare’ benadrukt de flexibiliteit van de uitvoering, wat betekent dat deze madrigalen kunnen worden gezongen, bespeeld op instrumenten of een combinatie van beide, afhankelijk van de beschikbare musici. Hij componeerde deze werken wellicht voor de zogenaamde ‘tre donne’, drie getalenteerde zangeressen die aan het hof dienden. Ze stonden bekend om hun vocale vaardigheden en waren een belangrijk onderdeel van het muzikale leven aan het hof. Ze voerden zijn madrigalen uit tijdens zogenaamde ‘musica secreta’-concerten, waarbij de muziek werd gecomponeerd en uitgevoerd voor een beperkt publiek, meestal in de beslotenheid van het hof.
‘Gefundenes Fressen’ voor La Néréide, het ensemble van de Franse sopranen Camille Allérat en Julie Roset en de Portugese sopraan Ana Vieira Leite. Zij brachten op hun debuutcd ‘Il Concerto Segreto’ hulde aan de wat vergeten componist en zijn schitterende muziek. Tussen zijn madrigalen door horen we op de plaat ook muziek van Claudio Monteveri, Francesca Caccini en Luca Marenzio. Het trio wordt begeleidt door klavecimbel, harp, viola da gamba en aartsluit.
De stemmen van de sopranen van La Néréide, zowel individueel, in duo of in trio, kunnen soms klinken als het lieflijke geluid van een barokharp, met hun klanken die zachtjes de zintuigen strelen, vergelijkbaar met de melodieuze noten die uit de snaren van de harp vloeien. Maar op andere momenten, als ware ze Griekse Cupido’s, schieten ze met hun stemmen recht in ons hart, precies zoals Cupido dat doet met zijn pijlen en boog. De vergelijking met die Griekse God komt niet zomaar uit de lucht gevallen: net zoals de nereïden uit de Griekse mythologie, dochters van Nereus, de oude zeegod, symbool staan voor de pracht en het mysterie van de diepten van de zee, belichamen de drie sopranen van La Néréide met hun muziek en zang de diepten van de muzikale ervaring.
La Néréide laat ons dus kennis maken met een haast vergeten componist. Veel muziek is er van hem niet bewaard gebleven. Maar wat hij wel naliet zijn deze prachtige madrigalen. Zeer mooi debuut.
Bart Debbaut, oktober 2023