Melancholie in Renaissance & Barok
Cantar Alla Viola │A Musical Tour (from Renaissance to Baroque) │ Da Vinci Classics
Het Duo Cantar Alla Viola, bestaande uit de Amerikaans-Jordaanse sopraan Nadine Balbeisi en de Spaanse gambist Fernando Marín, bestaat precies 20 jaar. Ter gelegenheid van die verjaardag heeft het ensemble een nieuwe CD uit: A Musical Tour, from Renaissance to Baroque biedt een diepgaande verkenning van de melancholische klanken uit de Renaissance en de vroege Barok, waarin de stem van Balbeisi en de klanken van Maríns violen perfect samensmelten. Nadine Balbeisi (1980) lanceerde haar internationale solocarrière toen ze naar Duitsland verhuisde, waar ze oratoria, kamermuziek, opera en recitals zong. Haar repertoire strekt zich uit van de 14e tot de 18e eeuw. Fernando Marín (1980), afkomstig uit Alicante, Spanje, heeft een doctoraat in de muziekwetenschap en specialiseerde zich in vroege strijkinstrumenten. Hij studeerde in verschillende Europese steden, waaronder Praag, Keulen, Brussel en Barcelona. Hij is sinds 2003 docent Viola da Gamba aan het Conservatorio Profesional de Música in Zaragoza.
Balbeisi weet de luisteraar moeiteloos mee te voeren naar een tijdperk waarin muziek vaak werd gezien als een reflectie van de menselijke ziel. Haar stem past mooi bij de melancholische en introspectieve aard van de stukken op deze cd. Maríns virtuositeit op de verschillende nagebouwde historische strijkinstrumenten, zoals de Spaanse vihuela de arco (1550) en de Engelse lyra-viol (1693) zorgt voor een rijke en genuanceerde begeleiding. De muziekstukken op deze cd bestrijken een breed spectrum van componisten: van Francisco de Peñalosa (c. 1470 –1528) weten we dat hij in Spanje een zeer gewaardeerd componist was. Alleen had hij niet het voordeel om te werken in Antwerpen of Venetië, dè centra van geprinte muziek. Dat geldt ook voor Juan Blas de Castro (1561-1631), die honderden liederen schreef, waarvan het grootste gedeelte verloren is gegaan. Die zogenaamde ‘tonos’ (Spaanse liederen uit de late Renaissance en de vroege barok) waren populair aan de Spaanse hoven en werden vaak uitgevoerd in een intieme setting met begeleiding van instrumenten zoals de vihuela, gitaar of harp. Wel bekend is Francesca Caccini (1587-1641), een van de weinige vrouwelijke componisten uit die tijd die bekendheid heeft verworven. Caccini had een talent voor het overbrengen van de betekenis van werken in muzikale klanken. Dit komt wellicht het beste tot uiting in haar werk Maria, dolce Maria, een stuk over de Maagd Maria en haar rol als troosteres. De CD sluit af met twee werken van de bekendste componist in het rijtje: Henry Purcell. Van hem horen we o.a. If Music be the food of love, de beroemde openingszin uit William Shakespeare’s komedie Twelfth Night. Hoofdpersonage Duke Orsino gebruikt muziek als een metafoor voor liefde. Hij vraagt om meer muziek, omdat hij hoopt dat een overvloed ervan zijn verlangen naar liefde zal verzadigen, net zoals te veel eten iemand ziek kan maken van voedsel. Door het luisteren naar de muziek wil hij zijn honger naar liefde stillen, in de hoop dat het intense verlangen zal afnemen.
Cantar Alla Viola’s toewijding aan historisch onderzoek en authentieke uitvoeringstechnieken komt duidelijk naar voren in hun interpretatie van deze stukken. De keuze voor instrumenten die nauwkeurig zijn nagebouwd volgens Renaissance-modellen geeft de muziek een authentieke klank die perfect aansluit bij de historische context van de composities. Deze cd is dan ook een ware ode aan de melancholie en de rijke emotionele wereld van de Renaissance en Barok. Het is een uitnodiging om te verdwalen in de subtiele nuances en de diepe expressie van een tijd waarin muziek een essentieel onderdeel was van het menselijke bestaan.
Bart Debbaut, augustus 2024